Donderdag 14 maart 2019
Elfjes zijn bovennatuurlijke wezens. Meestal worden ze afgebeeld als kleine, uitzonderlijk mooie meisjes. Met hun transparante vlindervleugels spoeden ze zich naar de om hulp schreeuwende sterveling en staan hem dan met raad en daad terzijde. Omdat ze over magische krachten beschikken weten ze voor vrijwel elk menselijk probleem een oplossing te vinden. Kortom, niets dan goeds over deze wonderbaarlijke schepsels....dat is althans het beeld zoals dat in onze folklore bestaat. Onder invloed van het christendom hebben we de van oorsprong heidense elf ingelijfd bij de door ons geaccepteerde hemelse machten en er een klein engeltje van gemaakt.De middeleeuwse mens dacht er anders over. Hij duidde het mythische creatuur aan met het woord ‘alf’. De eerste betekenis die het etymologisch woordenboek voor deze term geeft werpt een heel ander licht op zowel de fysieke als mentale eigenschappen van elven. Alf betekent zoiets als boze geest; een entiteit die niet noodzakelijk mooi, klein of vrouwelijk is, en die zich betrekkelijk weinig gelegen laat liggen aan het lot van zijn mede-aardebewoners. Integendeel, een elf is er nou juist vaak op uit om de mens dwars te zitten. Elven werden in vroeger tijden nogal eens geassocieerd met plotselinge ziektes en andere narigheid. Niet per definitie, maar toch – als een elfje kwaad wil, dan kan het heel wat schade aanrichten. Verder waarschuwt het Duitse woord Alptraum (waarin ‘alp’ afgeleid is van ‘alf’) ons dat zo’n ‘Boos Wicht’ u tijdens de slaap op de borst kan gaan zitten. U hebt dan een nachtmerrie. Wat overigens niets met paarden te maken heeft; merrie staat hier voor ‘mare’, een oud synoniem voor alf.
Nu is een nachtmerrie een betrekkelijk onschuldig fenomeen. Dat het echter bepaald erger kan wanneer er elven in het spel zijn wordt bewezen in twee beroemde ballades uit de Duitse Sturm und Drang periode. Eén van beide gedichten werd geschreven door Johann Wolfgang von Goethe, de andere is van de hand van zijn iets oudere tijdgenoot Johann Gottfried von Herder.
In ‘Erlkönig’ beschrijft Goethe de lotgevallen van een man en zijn zoon die te paard door een nachtelijk landschap rijden. De zoon meent een gestalte waar te nemen die hij aanduidt als de Erlkönig. Deze verschijning probeert de jongen over te halen mee te gaan naar het land van de elven, waar hem spel en vertier te wachten staan, “Ziet u, Vader, de Erlkönig niet?”. Vader stelt zijn zoon gerust en wijst hem erop dat mistflarden en bladergeruis hem parten spelen.
De Erlkönig richt zich herhaaldelijk tot de jongen, om hem bij de derde keer met geweld te dreigen. Als hij nu niet meekomt, dan gebeuren er ongelukken. En die gebeuren ook: de kwade geest pakt zoonlief beet, waarna het arme jochie de geest geeft.
Dat de aanraking door een elf iemand het leven kan kosten komt ook naar voren in het gedicht van Herder. De schrijver had zijn inspiratie geput uit de oude Deense ballade ‘Elverskud’ en er een Duitse versie van gemaakt. Daarbij vertaalde hij overigens het woord ‘Ellenkongen’ (elvenkoning) met Erlkönig, dat in het Duits elzenkoning betekent. Goethe zou die fout later in zijn eigen gedicht overnemen.
In Herder’s ‘Erlkönigs Tochter’ is heer Oluf op weg naar zijn bruid, met wie hij de volgende dag wil trouwen. Halverwege zijn tocht stuit hij echter op een aantal feestvierende vrouwen. Eén van hen, de dochter van de elvenkoning, probeert hem tot een dans te verleiden. Oluf weigert aan haar verzoek te voldoen. Zelfs als ze hem allerlei geschenken belooft blijft hij voet bij stuk houden: nee, hij moet naar zijn toekomstige echtgenote toe, er valt niet aan te tornen. Het toverwezen raakt daarop vertoornd en geeft hem een fikse mep tussen de schouders. De aangeslagen Oluf weet zijn weg toch nog te vervolgen en komt uiteindelijk bij het huis van zijn bruid aan. Om van zijn aanvaring met de elvendochter te bekomen legt hij zich vroeg te ruste. Helaas overleeft hij de nacht niet; de volgende ochtend vindt men hem dood op zijn bed.
De Deense componist Niels Gade (1817 – 1890) heeft de oude legende over de boosaardige dochter van de elvenkoning tot een zogeheten koorballade omgewerkt, i.e. een oratorium zonder religieus onderwerp, en zonder de dramatische voorstelling van een opera. Het zou zijn populairste compositie worden. Zondagavond draait Oud Anders twee delen uit dit werk, t.w. ‘Prologue: Herr Oluf Abends hielt an sein Ross’ en ‘Ins blaue Meer die Sonne sinkt’. Zoals u ziet, wordt er hier in het Duits gezongen. Het Danish national Vocal Ensemble voert het uit, en wel zó mooi, dat u bijna weer in de zoete meisjes-met-vleugeltjes gaat geloven. Laat u echter niet misleiden; het gaat in dit werk om een kreng van een wijf.
PLAYLIST OUD ANDERS, ZONDAG 17 MAART 2019 OP AAFFM, 19.00 - 20.00 UUR
01 Erlkönigs Tochter, Op. 30, Pt. 1 (1864 Version) Prologue: Herr Oluf Abends hielt an sein Ross - Niels Gade - 3.14
- zie boven -
02 Mansion - Mario Diaz de Leon - 11.21
Heavy metal, klassiek en elektronische muziek; met een mix van deze ingrediënten kan het niet anders of je komt bij John Zorn terecht. Zo ook Mario Diaz de Leon. Zijn plaat Enter Houses Of werd in 2009 uitgebracht op Zorn’s Tzadik label
03 Icewater - All I See Is You - Big Star - 3.29
De psychedelische rockband Big Star kon prachtige nummers maken, maar werd om een of andere reden nooit populair. Icewater is een juweel van een song
04 Jazz At The Pawnshop - High Life - Gert Palmcrantz e.a. - 7.11
Volgens kenners is Jazz At The Pawnshop uit 1976 een van de best opgenomen jazzplaten aller tijden. De Zweed Gert Palmcrantz is dan ook een geluidstechnicus die kan toveren met een paar microfoons
05 Nocturne no. 2 - John Field - 3.27
Men zegt wel dat John Field de Ierse Chopin was. Misschin kunnen we het beter omkeren: Chopin was de Poolse John Field, want 28 jaar later geboren…
06 Raga Mishra Mand - Sharan Rani - 5.45
Sharan Rani was de eerste vrouwelijke instrumentalist van India, en gelijk ook een van de besten die ze daar ooit gehad hebben. Ze bespeelde de sarod, een fretloos snaarinstrument dat verwant is met de Afgaanse rubab
07 Zhess - Koenjihyakkei - 2.11
Deze Japanse band met een onmogelijke naam maakt Zheul muziek, een genre dat ooit in Frankrijk ontwikkeld werd en elementen van progessieve rock, koorzang, improv, hardrock en electronica integreert. Hoofdkenmerk van dit groepje: het gaat heel hard
08 Everthing's Gonna Be Alright (Take 1) - Little Walter - 4.29
Marion Walter Jacobs, artiestennaam Little Walter, was een van de betere mondharmonica spelers van de blues
09 Famim 2 I. Énergique, Toujours Dans le Tempo - Emmanuel Séjourné - 5.29
Percussionist Alexej Gerassimez won de Deutscher Musikwettbewerb 2010. Hier brengt hij samen met zijn ensemble een moderne compositie voor slagwerk van de Fransman Emmanuel Séjourné
10 Lucky Gilchrist - The Unthanks - 4.49
Over de Britse folkband The Unthanks zei acteur Martin Freeman het volgende: “They make my heart beat faster, or smile a lot, or cry. I'm glad to be around at the same time as them."
11 Erlkönigs Tochter, Op. 30, Pt. 1 (1864 Version) No. 1, In's blaue Meer die Sonne sinkt - Niels Gade - 4.41
- zie boven -