Donderdag 23 november 2017
Op twaalfjarige leeftijd kreeg de toekomstige country ster Johnny Cash drie zanglessen. Zijn moeder had ervoor betaald door de was te doen voor de lerares van de basisschool. Die laatste stelde al spoedig vast dat de jongen weliswaar over een uitstekende techniek beschikte, maar dat hij nooit zou kunnen zingen zoals zijn idolen Gene Autry en Hank Williams. Ze raadde hem aan de lessen te stoppen en ‘het op zijn eigen manier te doen’. Johnny liet het dus bij drie lessen. Dat was het muziekonderwijs waar hij het de rest van zijn leven mee zou doen. Enige tijd na dit pedagogische intermezzo kreeg hij de baard in de keel en veranderde zijn hoge tenor in een aangename, diepe bas-bariton. De voormalige katoenplukker uit Arkansas, die vanaf zijn vijfde had leren zingen op het veld, was van nature gezegend met een strottenhoofd en borstkas gebouwd voor optimale resonantie. De noten kwamen er moeiteloos uit en droegen ver. Cash heeft zijn keel nooit hoeven forceren; hij schreeuwde niet, en toch overrompelde hij zijn publiek met een stem als de rollende donder. In zekere zin zouden we hem kunnen vergelijken met de legendarische blueszangeres Bessie Smith. Ook die zat anatomisch zo in elkaar dat je haar straten verderop nog kon horen, terwijl haar dat nauwelijks enige inspanning kostte.
Als we over zijn eerste stappen op weg naar een indrukwekkende muzikale loopbaan vernemen, dan lijkt het erop dat Cash precies op de goede plek zat. Rond 1954 verhuisde hij namelijk met zijn eerste vrouw Vivian Liberto naar Memphis, de stad die was uitgegroeid tot een centrum voor artiesten binnen het genre van de plattelandsblues, de stedelijke blues en de rockabilly. Cash was er deur aan deur verkoper van elektrische apparaten en volgde tegelijkertijd een opleiding tot radio omroeper. In zijn vrije tijd maakte hij muziek met gitarist Luther Perkins en bassist Marshall Grant, die hem later steevast zouden begeleiden. Daar in Memphis liep heel toevallig ook ene Sam Philips rond, de oprichter van het onafhankelijke platenlabel Sun Records. Philips voelde de veranderende tijden in de muziek prima aan en was steeds op zoek naar muzikanten die zich buiten de gebaande paden bewogen, lees: iets ‘echts’ te brengen hadden. En wat een onovertroffen talentscout moet deze kersverse platenbaas geweest zijn, want hij lanceerde de carrière van supersterren als Elvis Presley, Jerry Lee Lewis en Roy Orbison, stuk voor stuk artiesten die over een eigen, karakteristiek stemgeluid beschikten. En ook Johnny Cash voegde hij toe aan dat rijtje formidabele zangers. In eerste instantie zou Philips de ambitieuze Cash afgewezen hebben met de woorden: ‘ga naar huis en zondig, en kom dan terug met een nummer dat ik kan verkopen’. Dit opdat de stem van de jongeling de nodige barsten opdeed; per slot van rekening opereerde Philips in bluesstad Memphis. Tegen zo’n achtergrond mocht je van een zanger verwachten dat hij zijn levenservaring in zijn stem kon laten doorklinken.
Of deze anekdote nu op waarheid berust of niet (Cash zou het verhaal later ontkennen), feit is dat Sam Philips niet lang daarna terugkwam van zijn eerdere besluit. Johnny Cash kon zijn eerste singles ‘Hey Porter’ en ‘Cry, Cry Cry’ in 1955 opnemen, had in 1956 een succesvol muzikaal onderonsje met Elvis Presley, Carl Perkins en Jerry Lee Lewis (Million Dollar Quartet), en vestigde in 1957 zijn roem definitief met de hit ‘Folsom Prison Blues’. Al met al had het hem niet meer dan drie jaar gekost om als artiest door de muziekindustrie serieus genomen te worden. Wat goed is komt snel; wellicht iets te snel voor Johnny Cash, die zijn stampvolle tour agenda nauwelijks kon bijbenen en daarom extra energie zocht in drank en amfetamine. Dankzij de niet aflatende steun van zijn tweede vrouw June Carter zouden zijn verslavingen hem niet fataal worden.
Zondagavond draait Oud Anders een nummer uit de periode dat Cash voor Sun Records opnam. De song heet ‘Give My Love to Rose’, en bevat een boodschap van een gevangene van San Quentin State Prison aan zijn vrouw. Volgens Cash had de man hem na een optreden in deze beruchte penitentiaire instelling gevraagd de groeten over te brengen. Cash deed dat op de best mogelijke manier: hij maakte er een song van.
PLAYLIST OUD ANDERS, ZONDAG 26 NOVEMBER 2017 OP AAFM, 22.00 - 23.00 UUR
01 Vodka Afinata – David Orlowsky Trio - 4.04
Het David Orlowsky Trio brengt een fusie van jazz, klassiek, klezmer en Arabische muziek
02 Scratch + Hiss - Lera Lynn - 4.56
De zangeres die in de populaire TV serie True Detective optrad als een zingende junkie in een rokerige kroeg bracht in 2016 haar nieuwe album Resistor Music uit. Scratch + Hiss staat op die plaat
03 Tu Cancion en Mi - Quique Sinesi - 5.19
Een Argentijnse akoestisch gitarist met verrassend originele muziek. Quique Sinesi behoort tot het beste wat Zuid-Amerika te bieden heeft
04 Give My Love to Rose - Johnny Cash - 2.48
- zie boven -
05 Sgorgo Y - Perluigi Billone - 13.19
Op zijn album is de Italiaanse avant-gardist Perluigi Billone goed voor een aantal verbazingwekkende composities voor de elektrische gitaar. Yaron Deutsch speelt
06 Jokhon Esechhile - Sharmila Roy - 6.11
Rabindra Sangeet is een muziekstijl vernoemd naar Rabrindanath Tagore, de Bengaalse winaar van de nobelprijs voor literatuur die tevens componist was. Sharmila Roy, gezegend met een stem die je niet licht vergeet, vertolkt zijn song Johkon Esechhile
07 Mule Face Blues - King Oliver - 2.55
King Oliver, cornetspeler, bandleader en mentor van Louis Armstrong, was een van de belangrijkste pioniers van de New Orleans Jazz. Zijn muziek was al in zijn eigen tijd populair bij zowel blank als zwart.
08 Rueben's Train - The Broken Circle Breakdown Bluegrass Band - 3.20
De Belgische film The Broken Circle Breakdown gaat over een echtpaar waarvan zowel de man als de vrouw dol zijn op bluegrass. Ze verliezen hun 6-jarige dochtertje verliezen aan een slepende ziekte. De muziek neemt een belangrijke plek in bij de film. Van de soundtrack hoort u Ruben’s Train
09 Fado Triste - Misia - 4.03
De Spaans/Portugese Misia is een belangrijk vernieuwer van de fado. Zo voegde ze aan de traditionele fado-instrumenten basgitaar, klassieke gitaar, Portugese gitaar, accordeon, viool en piano toe. De teksten van haar nummers zijn vaak afkomstig van beroemde Portugese dichters
10 Red Horses - Murat Coskun - 4.35
Murat Coskun is een specialist op de framedrum, een trommel die vroeger gemaakt werd van een rond gebogen dunne tak waarover een dierenhuid werd gespannen. Iedere cultuur heeft dat soort trommels. Niet iedereen kan er echter zo weergaloos op spelen als Coskun
11 Black Bear: Spring Summer Autumn - Timba Harris - 2.52
Violist Timba Harris was een van de oprichters van de avant-garde rockgroep Estradashere. Die band bestaat al lang niet meer, maar Harris is nog volop actief als muzikant. U hoort Black Bear: Spring Summer Autumn van zijn album Nexus I Cascadia
12 Dene Moj Kadënë - Ensemble Vocal de Gjirokastër - 3.52
Albanese meerstemmige muziek heeft veel overeenkomsten met de Corsicaanse polyfonie. U luistert dus naar een groep mannen die vol overgave de oude folksongs van hun land zingen