Donderdag 5 januari 2017
Hollywood heeft zich nog niet ontfermd over de vergeten zangeres Judee Sill (1944-1979). Een reden voor dit verzuim zou kunnen zijn dat de aldaar gevestigde filmindustrie gitzwarte sprookjes weliswaar niet schuwt, maar ze toch graag wil besluiten met een ‘en ze leefde nog lang en gelukkig’. De omstandigheden omtrent de dood van dit ondergewaardeerde Californische talent maken een happy ending echter onmogelijk. In 1979 overleed Sill op 35-jarige leeftijd aan een overdosis heroïne en cocaïne. Een tragisch einde dat, gelet op de obscure paden die ze tijdens haar leven bewandelde, min of meer in de lijn der verwachting lag.Dat popsterren dikwijls een heftig leven leidden behoeft geen betoog. Keith Richards worstelde jarenlang met een ernstige heroïne verslaving, Janis Joplin en Jim Morrison dronken zich zo ongeveer dood, en sommige rappers maten hun commerciële succes af aan het aantal schotwonden in lijf en leden.
En Judee Sill? De jongedame had heel wat op haar kerfstok: gewapende overvallen, oplichting, diefstal, vervalsing van cheques, drugsverslaving, prostitutie en noem maar op. Sill’s biografie leest als een thriller à la Bonnie & Clyde, met dien verstande dat het haar aan de moorddadigheid van dat illustere tweetal ontbrak. En ook aan koelbloedigheid; ooit gaf ze in een interview toe zo nerveus geweest te zijn voor haar eerste beroving dat ze zich versprak: “Fuck it up, motherstickers!”
Waarom zou een meisje dat er met haar lange, steile haar en intellectuele brilletje uitzag als een vrouwelijke versie van vredesapostel John Lennon zich aangetrokken voelen tot een leven waarin ze de wet met voeten trad? Antwoord: een verpeste jeugd. Sill is het klassieke voorbeeld van een kind dat in opstand kwam tegen een liefdeloze thuisomgeving. Het begon er al mee dat ze zich als kleuter uit de voeten moest maken voor de dronkenmannen in de kroeg van haar vader. Moeder Sill, een typische alcoholiste, bleek niet in staat om haar twee kinderen een veilige haven te bieden en beging de fout om na de dood van haar eerste echtgenoot een man te huwen die er bij het minste of geringste op los sloeg. De jonge Judee ontvluchtte het disfunctionele gezin toen ze nog op de middelbare school zat. Ze sloot zich aan bij een jeugdbende, en van daaruit verviel ze van kwaad tot erger.
Judee Sill heeft het heropvoedingsgesticht en de gevangenis regelmatig van binnen gezien. Niets kon haar er echter van weerhouden om af te wijken van de eenmaal ingezette koers naar zelfvernietiging. Aan slechts één ding kon ze zich optrekken, en dat was haar muzikale talent. Al in de kroeg van haar vader had ze voortreffelijk piano leren spelen; later kwam daar een grote vaardigheid op de akoestische gitaar bij. Zo goed was ze zelfs, dat bands haar weigerden als ze zich bij hen probeerde aan te sluiten. Tegenover haar virtuositeit staken de prestaties van de overige bandleden immers schril af.
Sill ging dus maar solo. Ze werd uiteindelijk opgevangen door David Geffen, een manager die zich sterk maakte voor artiesten die niet gemakkelijk aan een contract bij de grote platenmaatschappijen kwamen. Zij was de eerste muzikante die hij opnam voor zijn Asylum label.
De critici waren lovend over de twee platen die Judee maakte. Het grote publiek deelde die mening echter niet. Haar albums verkochten nauwelijks, en daarmee werd de enige hoop waaraan ze zich vastklampte de bodem ingeslagen.
Ontgoocheld door het uitblijvende succes trok Judee Sill zich terug uit de muziekwereld. Ze stierf uiteindelijk aan een overdosis drugs. Pijnlijk genoeg duurde het jaren voordat sommige kennissen lucht kregen van haar overlijden; anderen dachten dat ze allang dood was. Het geeft aan hoe eenzaam ze in de laatste jaren van haar leven geweest moet zijn. En net zoals de Britse zanger Nick Drake wordt ze door generaties muzikanten na haar steeds weer herontdekt. Want wat goed is komt onherroepelijk een keer naar boven.
Zondag draait Oud Anders “Jesus Was A Crossmaker”, een song die inspiratie ontleent aan zowel Bach, gospel als country. Judee Sill beschikte over muzikale inzichten die haar op gelijke voet stelden met grootheden als Joni Mitchell en Bob Dylan. Voor haar persoonlijk blijft het eeuwig jammer dat de wereld daar nu pas achter komt.
PLAYLIST OUD ANDERS, ZONDAG 8 JANUARI 2017 OP AAFM, 22.00 - 23.00 UUR
01. El Pan de l'Aflicion - Jordi Savall & Hesperion - 1.50
Jordi Savall kan altijd de beste muzikanten bij elkaar krijgen. Hier een viertal mannelijke zangers die een oud sefardisch lied brengen over de betekenis van het ongedesemde brood de matze. Prachrig gezongen
02. Crazy Blues - Mamie Smith - 3.26
Het eerste lied van een Afro-Amerikaanse artiest dat commercieel uitgebracht werd, ondanks alle bedreigingen van de Ku Klux Klan. Het was nog een vrouw bovendien: Mamie Smith en haar Jazz Hounds brengen ‘Crazy Blues’.
03. Jesus Was A Crossmaker - Judee Sill - 3.29
Een ondergewaardeerd talent met een prachtige stem. Judee Sill werd herontdekt, maar mocht het zelf niet meer meemaken. Ze overleed op 35-jarige leeftijd aan een overdosis heroine.
04. Gayageum Sanjo: Jajinmori - Kim Hae Sook - 4.23
Traditioneel Koreaans nummer op de gayageum, een harp/citer die tot dezelfde familie behoort als de Chinese Guzheng en de Japanse koto
05. Commit A Crime - Rolling Stones - 3.38
Wanneer de Rolling Stones een nieuwe plaat uitbrengen kunt u ervan uitgaan dat het altijd vakwerk is. Het album ‘Blue and Lonesome’ bevat weliswaar uitsluitend covers van artiesten die de band inspireerden, maar het unieke stempel van de Stones is duidelijk hoorbaar. Hier een song van Howlin’ Wolf.
06. Devil's Kitchen - Jerry Marotta, Steve Gorn en Tony Levin - 3.42
Een impressie van een album opgenomen in een in onbruik gemaakte cementmijn. Muziek die niet goed in te delen valt, maar interessant genoeg klinkt
07. State of Grace - Beth Orton - 4.14
Engeland barst van de talentvolle vrouwelijke singer song writers. Onze persoonlijke voorkeur gaat uit naar Laura Marling, maar dat wil nog niet zeggen dat Beth Orton zomaar genegeerd kan worden. Hier een nummer van haar album Sugaring Season uit 2012
08. A Garden: Ground - Jean-Luc Fafchamps (uit. Ictus Wind Ensemble) - 3.42
Ook in België wordt er uitstekende hedendaagse klaasieke muziek gemaakt, misschien nog wel meer dan in Nederland. Jean-Luc Fafchamps voert zijn eigen compositie uit met het Ictus Wind Ensemble, waarvan hij directeur is
09. There'll Never be Another You - Paul Bley - 5.50
Jazz pianist Paul Bley met een werkje aan het begin van zijn carriere. Het is weliswaar nog niet zo bijzonder als de nummers die hij in later jaren zou afleveren, maar hier bewijst hij dat hij een gedegen basis heeft
10. Kanon Pokajanen: Memento - Arvo Pärt - 7.16
De estlandse componist Arvo Pärt bediende zich in deze a capella song van een tekst opgesteld in het oud Slavisch zoals dat gebruikt werd voor missen in de orthodox-christelijke traditie
11. Thirst - Charming Hostess' Jewlia Eisenberg - 5.07
Jewlia Eisenberg, oprichtster en zangeres van de experimentele folkband Charming Hostess, laat boeiende vocale capriolen horen
12. Camera Oscura: Labyrinthe II - Francois Bayle - 1.59
Francois Bayle is internationaal gezien misschien wel de nummer één van de elektronische en elektroakoestische kunstmuziek. Dit nummer bestaat uit percussieve klanken die met de computer bewerkt werden. Het smaakt naar meer.
13. Children On the Hill - Harold Budd - 5.12
De zweverige klanken die Harold Budd op zijn elektrische piano realiseert vormen een goede afsluiting van deze uitzending. U kunt er op wegdromen.