Donderdag 21 april 2016
Er zijn weinig componisten die zozeer tot de verbeelding spreken als de legendarische meesterviolist Niccolò Paganini. Zelfs de meest oppervlakkige biografieën geven het beeld van een man die uitsluitend in superlatieven dacht en handelde. Paganini werd de overtreffende trap in alles waar hij zich mee bezighield, of het nu de viool, de gitaar, vrouwen of geld betrof. Kijken we naar de mythevorming rondom zijn persoon, dan kunnen we stellen dat hij al wist hoe hij de publieke opinie moest bespelen nog voordat dit in onze tijd uitgroeide tot een marketing strategie voor beroemdheden van allerlei slag. Hij diende in dit opzicht tot voorbeeld van die andere rockstar avant la lettre, Franz Liszt. Toen deze de snarenvirtuoos ooit zag optreden in Parijs, wist hij wat hij wilde worden: een magiër die op het podium alle touwtjes in handen had, en die met een zorgvuldig ingestudeerde act zijn toeschouwers tempo presto langs hemel, hel en aarde kon voeren.Op zevenjarige leeftijd ruilde Niccolò Paganini de mandoline in voor de viool. Hij ontwikkelde zich razendsnel. Er was geen muziekpedagoog of hij stuurde de jongeling binnen de kortste keren door naar een vaardiger collega, die dan op zijn beurt moest vaststellen dat ook hij dit wonderkind nauwelijks iets te leren had. Gewone stervelingen konden het formidabele talent noch de overgrote ambitie van de jonge Paganini bijbenen. Niccolò kwam, zag - en liet al zijn leraren in verbijstering achter.
Vele muziekhistorici beschouwen Paganini als de grootste violist aller tijden. Nu valt dat moeilijk te bewijzen, want hij leefde immers in periode waarin klanken nog niet op een medium vastgelegd konden worden. Opnames van zijn concerten zijn er dus niet. Slechts de ooggetuigenverklaringen van tijdgenoten resten ons om hem te vergelijken met de virtuozen van nu. En die verklaringen liegen er niet om: Paganini werd om zijn onnavolgbare technisch meesterschap niet alleen bewonderd, maar ook gevreesd. Bijgelovigen opperden dat een mens onmogelijk zo goed kon worden in zijn kunst zonder een verbond met de duivel te sluiten. U lacht, maar bedenkt u zich dat de legende van Faust – over de geleerde die zijn ziel aan Satan verkocht in ruil voor almachtige kennis – had postgevat in het Europa van vroeger: alles wat tezeer boven de middelmaat uitstak werd gevoeglijk geassocieerd met het kwaad. Daar kwam bij dat Paganini er nogal eng uitzag. Hij was een magere man, uitgeteerd zelfs, en had naar verhouding een te groot hoofd en te grote handen.
Die handen, daar zat het hem in. Kijkt u maar eens naar het bijgevoegde Daguerreotype; de handen van de violist doen denken aan die van Max Schreck, de acteur in Murnau’s vampierfilm Nosferatu uit 1922. Er zijn aanwijzingen dat Paganini leed aan het syndroom van Marfan, een ziekte die onder andere leidt tot ongewoon rekbare gewrichtsbanden. De meester beschikte als het ware over uitschuifbare vingers en polsen. Daardoor kon hij grepen op zijn viool plaatsten die buiten het fysieke bereik van de gemiddelde violist liggen. Zijn oeuvre als componist toont dat evenzeer aan: ook nu nog wagen zelfs gelauwerde vertolkers zich niet zomaar aan elke caprice die Paganini gecomponeerd heeft. Sommige stukken van het Italiaanse genie vereisen nu eenmaal de armen van een octopus.
Paganini stierf rijk en beroemd. Anders dan vele grote componisten voor hem was hij een bikkelharde zakenman. De superviolist uit Genua wist heel gewiekst in te spelen op zijn satanische imago. Hij bedong hoge honoraria voor zijn optredens, en kreeg die ook.
Zondagavond hoort u om 22.00 uur op AAFM in Oud Anders Paganini’s Moto perpetuo in C major Op. 11. Het is inderdaad een stuk waarvan u zich afvraagt hoe iemand het kan spelen. Hoe klonk het toen Paganini het zelf speelde? We zullen het helaas nooit weten, maar gaat u ervan uit dat hij het beter deed dan zijn collega’s uit de 20e eeuw.
Playlist OUD ANDERS, zondag 24 april 2016 op AAFM, 22.00-23.00 uur
01. A Drink of Spring - Rafi Malkiel - 4.13
02. Pianoconcert KV 595: Allegro Assai - Wolfgang Amadeus Mozart - 7.06
03. Topographie de la Noirceur - Martin Bedard - 3.56
04. It's Alright Ma (I'm Only Bleeding - Bob Dylan - 7.32
05. Donna, l'Altrui Mirar - Esther Lamandier - 3.15
06. Mr. PC - John Coltrane - 6.56
07. Balada de Coimbra - Alcino Frazão - 3.05
08. Tool Box Loops - Ikue Mori - 7.47
09. Moto perpetuo in C major Op. 11 - Nicolo Paganini - 4.13
10. Ashta Lakshmi Stotra - Ram Dixit & Shweta Pandit - 4.26