Donderdag 3 september 2015
Parchman Farm, de officiële staatsgevangenis van de staat Mississippi, kent van oudsher een bloeiende muziekcultuur. De beroemde muzieketnoloog Alan Lomax, die er zo ijverig op uittrok om alle mogelijke Amerikaanse zangtradities vast te leggen, nam er de welluidende songs van de chain gangs op. Hij oordeelde dat er geen betere plaats was om de volledige ontwikkeling van de blues te bestuderen dan Parchman Farm. We nemen dat zonder meer aan, vooral ook als we kijken naar de grote zangers die er gezeten hebben: Bukka White bijvoorbeeld, en de man die we komende zondag in Oud Anders laten horen, de legendarische Son House.Son House (1902-1988), een diep religieus man, wilde in zijn jonge jaren eigenlijk niets van de blues weten. Hij begon zijn loopbaan als predikant en verafschuwde alle seculiere muziek, de ‘goddeloze’ blues voorop. Zijn houding veranderde radicaal toen hij voor het eerst een slide gitaar hoorde. Het instrument bekoorde hem zozeer dat hij het ging gebruiken om de spirituals waarmee hij zijn preken omlijstte te begeleiden. Van het een kwam het ander, en zijn geestelijke liederen gingen steeds meer de kant van de wereldse blues op. Zijn stuwende, krachtige stem, die hem zo van pas kwam bij zijn preken, deed de rest. Son House voegde een dynamiek toe aan de blues waar tot dan toe slechts weinigen aan konden tippen.
Het verhaal omtrent zijn arrestatie gaat als volgt: ergens in een kroeg begon iemand willekeurig om zich heen te schieten. De man dreigde het voltallige publiek uit moorden, maar werd door Son House gedood; die had namelijk zelf een wapen op zak. Tegenwoordig zou hij er wellicht een medaille voor gekregen hebben, maar in de jaren twintig van de vorige eeuw kwam een Afro-Amerikaan voor zoiets onverbiddelijk in het gevang terecht. Hij had per slot van rekening iemand om het leven gebracht. Gelukkig heeft House niet lang in Parchman Farm gezeten. Hij werd weliswaar tot 15 jaar gevangenisstraf veroordeeld, maar kwam na twee jaar opsluiting weer vrij.
Met zijn bijdrage aan de blues is het af en aan gegaan. Men zegt dat Son House een grote invloed heeft uitgeoefend op die andere legende, Robert Johnson. Ook speelde hij met Charley Patton, de eerste zanger die in de vroege jaren van de blues algemeen bekend werd. Zijn ambities als prediker had House allang aan de wilgen gehangen; hij voorzag met allerlei onbeduidende baantjes in zijn levensonderhoud en probeerde met een optreden hier en daar wat bij te verdienen. De dalende populariteit van de akoestische blues deed hem eind jaren ’40 besluiten te stoppen met optreden, waarna hij in de anonimiteit verdween.
Als zovelen met hem was het Son House gegeven om ten tijde van de blues revival in de jaren ’60 herontdekt te worden. Dat mag een wonder heten, want er restten niet meer dan een handvol vroege plaatopnames van hem. Evengoed had men van zijn bestaan niet eens meer afgeweten.
Opnames met deze illustere vertegenwoordiger van de vooroorlogse blues kwamen er vanaf 1965 genoeg. De bekendste compilatie is ‘Father of the Delta Blues’ uit datzelfde jaar. Op dit album staat het nummer ‘Death Letter’, waarin House zingt over de dood van een geliefde. Deze treurige gebeurtenis werd hem per brief medegedeeld, vandaar de naam van de song. We draaien het zondag voor u. Geniet u ervan; de blues werd zelden indringender gebracht.
Playlist OUD ANDERS, zondag 6 september 2015 op AAFM, van 22.00 tot 23.00 uur
01. Chant of the Paladin - Dead Can Dance - 3.48
02. Ojos de Gato - Paul Bley - 4.39
03. Silver Apples of the Moon - Morton Subotnick - 11.59
04. Death Letter - Son House - 4.22
05. Tre Canti Sacri: Angelus Domini Nuntiavit Marae & Requiem Aeternam Dona Eis Domine - Giacinto Scelsi - 6.35
06. Aije - anoniem - 1.54
07. Reves: En Bohême. Scène Champêtre - Bedrich Smetana - 4.58
08. Cafe - Tim Buckley - 5.28